Directeur TKI Energie & Industrie
Innoveren doe je samen. Je wil niet overal het wiel uitvinden en we moeten tempo maken om de doelen van het Klimaatakkoord te halen. TKI E&I brengt partijen samen die aan de slag willen met verduurzaming van de industrie. Samen ontwikkelen we innovatieprogramma’s. Dat betekent dat we aan de ene kant richtinggevend zijn met een ambitieuze innovatie-agenda en tegelijk ligt de uitvoering bij de industrie zelf. Door het Klimaatakkoord is de urgentie hoger bij bedrijven om CO2-emissie te reduceren. Zo werken bijvoorbeeld steeds meer bedrijven aan circulaire plastics. Een aantal innovatietrajecten, die we al een paar jaar in voorbereiding hadden, is nu in een stroomversnelling geraakt. Dan moet je denken aan groene waterstofproductie voor de industrie op GW-schaal, met aandacht voor de infrastructuur en de waardeketen van groene en blauwe waterstof. Ook een onderwerp als warmte-integratie, met warmtepompen en restwarmtebenutting, begint nu tot demonstratieprojecten en investeringen te leiden. Sinds kort werken we met industrie en energiesector aan elektrificatie in de industrie in de coalitie Wind meets Industry. We maken een routekaart elektrificatie en werken samen in diverse innovatieprojecten.
Het TIKI-advies heeft voor het eerst gestructureerd in kaart gebracht waar knelpunten liggen tussen de plannen van de industrie en de mogelijkheden van netbeheerders. Het geeft daarmee een mooie staalkaart van op te lossen problemen. Uit de implementatie van het advies moet de echte versnelling volgen, dat gaat de rijksoverheid doen met een Meerjarenprogramma Infrastructuur Energie en Klimaat (MIEK). Tegelijk zie ik dat de ambitie van een aantal bedrijven op het gebied van directe en indirecte elektrificatie alleen maar groeit. Ik vind dan ook dat de verduurzamingsplannen van zulke bedrijven leidend moeten zijn voor welke infrastructuur op welke plek beschikbaar komt. Als de overheid daarbij de juiste randvoorwaarden schept, zullen de investeringen van de industrie versneld kunnen plaatsvinden en zijn ook de maatschappelijke kosten voor de transitie het laagst.
Vergelijken binnen Europa is niet goed mogelijk, omdat onze buurlanden een andere mix hebben van energie-aanbod en van type energiegebruikers. Zo hebben we in Nederland, ook in de industrie, een grote afhankelijkheid van fossiel gas dankzij onze historie met eigen gaswinning. De industrie in Nederland is onderweg naar een duurzame toekomst. Grootschalig aanbod van hernieuwbare elektriciteit, in toenemende mate vanaf de Noordzee, zal voor Nederland heel bepalend zijn, naast onze gasinfrastructuur en kennispositie. De grote omslag is van een aardgas-gedreven industrie naar een veel meer elektrisch-gedreven industrie is een enorme verandering. Als je goed kijkt zie je dat onder de motorkap al flink gesleuteld wordt, en dat de beweging naar een duurzame industrie door veel bedrijven in Nederland al onomkeerbaar in gang is gezet. Als TKI willen wij graag alle schakels aan elkaar verbinden, zodat we sneller van elkaar leren en de Klimaatdoelen worden gehaald.